Besmetting met E. cuniculi
Als de spore via de mond in de gastheer terecht komt: 1e fase: Infectie fase: De spore rolt zijn filament uit deze dringt in gastheercel en injecteert inhoud van de spore hier in. 2e fase: Proliferatie fase: Vermeerderingsfase in de gastheercel. 3e fase: Sporogenie (vorm van aseksuele voortplanting waarbij er een meervoudige deling plaatsvindt). Er groeien zoveel sporen dat de gastheercel open barst en sporen verspreiden zich door het lichaam en via urine naar andere konijnen.
Een spore zal via het polar filament andere cellen kunnen besmetten.
Besmetting kan plaatsvinden van het ene naar het andere konijn via de urine (= horizontaal) of via de baarmoeder van moeder naar kind (= verticaal). Infecties kunnen latent aanwezig blijven zonder klinische verschijnselen tot een moment waarop de weerstand minder is en er wel verschijnselen optreden.
Vaak horen we van eigenaren dat hun konijn in het verleden al af en toe met de poot trok (parese) of urine verlies had. Dit duurde een paar dagen en was daarna weer weg. Meestal kwam dit na een paar weken of maanden in ergere mate weer terug. Deze gemene ziekte kan opkomen en weer wegtrekken, het lichaam kan de ziekte als het ware weer maskeren.
Bij welke leeftijd komt het voor?
We zien vaker oudere konijnen met deze ziekte dan bij hele jonge konijntjes. Vaak zijn er net voordat het probleem zich openbaarde stress momenten aan te wijzen. Denk als stress momenten aan een operatie of een vaccinatie, verhuizing of het doormaken van een andere ziekte zoals gebitsproblemen.
Zoönose
Er wordt gesproken van een zoönose aangezien een infectie met E. cuniculi bij mensen kan voorkomen. Gelukkig zijn gezonde mensen niet vatbaar voor deze ziekte. Een E. cuniculi infectie is alleen aangetoond bij mensen met AIDS waarbij de weerstand sterk verminderd is.
Hoe toon je deze ziekte aan: bloedonderzoek of urine?
Er zijn bloedtesten voor het konijn beschikbaar die antilichamen ten aanzien van deze ziekte kunnen aantonen. Of deze bloedonderzoeken echt betrouwbaar zijn is zeer de vraag. De antilichamen werden bij 71 % van de zieke konijnen, maar ook bij 46 % van de gezonde konijnen gevonden. In de urine kunnen sporen aangetoond, echter deze worden maar af en toe uitgescheiden.
klik op de uitslag voor een uitvergroting.

Als het onverhoopt zo mocht zijn dat een konijn komt te overlijden dan werd er aan de eigenaar gevraagd of er pathologisch onderzoek gedaan mocht worden.
Bewijs je deze ziekte pas met zekerheid als het konijn dood is: pathologisch onderzoek
Als een konijn is overleden en er wordt sectie op verricht dan kan er specifiek op de parasiet gezocht worden. Er moet wel een ontstekingshaard om de parasieten in de hersenen of het ruggenmerg gevonden worden om er vanuit te kunnen gaan dat E. cuniculi de oorzaak van de problemen was. Het alleen aantonen van de parasiet zonder ontstekingshaard er om heen is onvoldoende om te concluderen dat de dit de oorzaak van de symptomen is, want de parasiet kan ook latent of symptoomloos aanwezig zijn.
Hoe stel je dan de diagnose bij het levende konijn?
Indien een konijn verdacht wordt van een infectie met E. cuniculi dan gaan we van een infectie met deze ziekte uit tot het tegendeel bewezen is. Een positieve bloedtiter (IgM en IgG) en/of positieve antigeen PCR in bloed en/of urine is weer een aanknopingspunt dat het om E. cuniculi kan gaan, echter het is geen bewijs. Het mooiste is als je dit onderzoek na een paar weken herhaalt.
Lees verder bloed en urine onderzoek ....
Andere ziektes kunnen bijvoorbeeld een rugafwijking, een tumor in het oog, een nierfalen/nierbekkenontsteking of een middenoorontsteking gevonden worden of iets anders dat een bewijs geeft dat het geen E. cuniculi is.
Wat ons betreft een konijn met de symptomen van E. cuniculi heeft deze ziekte tot het tegendeel bewezen is! Omdat een snelle start van de behandeling nodig is beginnen we gelijk met medicijnen voordat alle onderzoeksresultaten bekend zijn.
Hoe behandelen we de ziekte E. cuniculi?
Wacht geen weken af: De eerste klappen zijn daalders waard !!!!!!
Hoe langer er gewacht wordt des te slechter wordt de prognose op herstel. Zorg dat een konijn met verschijnselen van E. cuniculi snel behandeld wordt met medicijnen om de ontstekings reactie tegen te gaan en eventuele zwelling in zenuwweefsel af te remmen. Als de verschijnselen al weken of maanden aanwezig zijn wordt de kans op genezing kleiner en kleiner.
Afhankelijk van de verschijnselen gebruiken we medicijnen: kijk bij de verschillende uitingsvormen van E. cuniculi welk medicijn we adviseren.
Let op: de keuze voor het de te gebruiken medicijnen wordt bepaald door de symptomen die aanwezig zijn!
Warmte
het is belangrijk dat je konijn op temperatuur blijft om de infectie zo snel mogelijk te overwinnen. We zien te vaak dat konijnen niet opknappen omdat ze in de kou buiten blijven of binnen niet een warm genoeg hok hebben. Zorg voor een warme omgeving, je konijn is echt ziek! In onze kliniek liggen ze ook in de verwarmde opname. Thuis kun je een warmwaterkruik gebruiken.
HAAL HET KONIJN NAAR BINNEN ALS HET BUITEN KOUD IS!
De behandeling met Dexamethason injecties ....
We gebruiken kortdurend (3-5 dagen) Dexamethason bij konijnen die opeens symptomen (torticollis, omvallen, slappe of verlamde achterhand) hebben gekregen. De Dexamethason wordt in een dosering van 1-2 mg/kg LG intraveneus geïnjecteerd om de ontstekings reactie die de E. cuniculi heeft veroorzaakt tegen te gaan. De E. cuniculi sporen zijn al lang van deze ontstekingsplek verdwenen en de Dexamethason en de vitamine B injecties zijn nodig om deze ontsteking tegen te gaan en de schade die dit veroorzaakt op te ruimen.
De behandeling van E. cuniculi met fenbendazol
We behandelen de konijnen met diverse medicijnen, naar ons idee is Fenbendazol (= Panacur of Fenbendazol) belangrijk. We doseren gedurende 2 weken 2x de normale dosis die in de literatuur naar voren komt. Namelijk een dosering van 2x daags 20 mg/kg LG gedurende 2 weken en daarna 2x daags 10 mg/kg LG gedurende 2 - 3 maanden. In de literatuur wordt beschreven dat een konijn 28 dagen moet worden behandeld. We zijn het hier niet mee eens! We behandelen een konijn net zo lang als dat nodig is. Sommige konijnen zijn na 1-2 maanden genezen. Andere konijnen hebben echter jarenlang behandeling nodig. We hebben diverse konijnen die op het moment dat er gestopt werd met de Fenbendazol dat de verschijnselen weer terug kwamen. We blijven deze konijnen behandelen en proberen af en toe om te stoppen. We adviseren om bij konijnen die het nodig hebben om 6x per jaar (= elke 2 maanden) 2 weken lang Fenbendazol in een dosering van 1x daags 20 mg/kg LG te geven.
Kun je fenbendazol langer geven dan 28 dagen?
Onze ervaring is dat niet alle konijnen na 28 dagen genezen zijn en dat veel konijnen gedurende een paar maanden behandeld moeten worden. En zelfs dat sommige konijnen niet meer zonder de fenbendazol kunnen.
We hebben diverse konijnen gedurende meer dan 5 jaar dagelijks Panacur laten geven. Als we dan jaren later bloed onderzoek uitvoeren dan zien we geen afwijkingen in het bloedbeeld! Er wordt wel eens aangegeven dat Fenbendazol bloed aanmaak of beenmergdepressie kan geven. Echter dit is het geval bij Albendazol en niet bij Fenbendazol. Fenbendrops en Panacur is veilig om gedurende maanden of zelfs jaren te geven!
Wat doet fenbendazol met E. cuniculi
Fenbendazol doodt de parasieten niet maar zorgt dat het lichaam geholpen wordt om de ontstekingsverschijnselen af te remmen die ontstaan op en om de parasiet heen. De Fenbendazol voorkomt dat de spore zijn polar filament kan uitschuiven en andere cellen infecteert. De verdere infectie en reactie van het lichaam op de parasiet wordt als het ware afgeremd, zodat de E. cuniculi symptoomloos wordt. Als er antilachamen tegen de E. cuniculi sporen gevormd worden dan kan het immuun systeem de parasiet opruimen. Echter vaak zullen niet alle sporen gevonden worden. Met andere woorden de parasiet is nog steeds aanwezig, maar het konijn is er niet ziek meer van. Het is van de acute fase terug in de latente fase gekomen.
Dit impliceert dus dat de ziekteverschijnselen weer de kop kunnen opsteken bij periodes van stress, ziekte of andere oorzaken van verminderde weerstand. Indien er een terugval is adviseren we om het konijn weer te behandelen. In erg heftige gevallen laten we 6x per jaar het konijn preventief behandelen en bij periodes van stress nog eens een kaar extra (nu steeds een behandeling van 2 weken).
Deze extra behandelingen worden ook in Engeland geadviseerd, door Intervet en konijnendierenarts Harcourt-Brown.
Behandel ook de hokgenoot?
Als eigenaar kun je ervoor kiezen om konijnen in hetzelfde hok gedurende 2 weken met fenbendazol 1x daags 20 mg/kg LG te behandelen. Er is echter geen zekerheid dat dit nodig is!
Het konijn met symptomen zal als er fenbendazol wordt gegeven niet meer besmettelijk zijn. De E. cuniculi spore kan zijn filament niet meer uitschachten en geen nieuwe cellen meer infecteren.
Voorkomen van problemen
De E. cuniculi besmetting van je konijn is moeilijk tegen te gaan, ook omdat het al lang geïnfecteerd kan zijn zonder dat het konijn er last van heeft. Hygiëne maatregelen kun je echter wel treffen. Maak elke wek het hele hok schoon en de plas en poep plekken dagelijks.
De sporen kunnen 2 weken overleven bij kamer temperatuur en zelfs weken tot maanden bij een vochtige en warmere omgeving. Mocht uw konijn komen te overlijden maak dan het hok goed schoon en ontsmet het. Om besmetting naar ander konijnen te beschermen kun je het hok schoon gaan maken om de sporen te doden met 0,1% bleek of met 70 % Ethanol.
Overdenkingen: hoe lang ga je door met behandelen?
In de meest ideale situatie is het konijn na een paar dagen tot weken volledig genezen. Echter dit is zeker niet altijd het geval. Tijdens een behandeling willen we wel een verbetering zien optreden. Als dit niet gebeurt dan is een belangrijke overweging of je door mag gaan met behandelen of het wel een konijn waardig bestaan is. Is het dier niet aan het lijden en is de situatie uitzichtloos of hopeloos, dan kan er beter gekozen worden om het konijn in te laten slapen. Een prognostisch hulp middel is of een konijn nog steeds uit zichzelf wil en kan eten.
Overdenkingen: is het mogelijk een autoimmuunprobleem?
Tijdens de presentatie van het onderzoek werd geopperd of de E. cuniculi op zichzelf wel het probleem was. Of deze protoza een dergelijke reactie kon opwekken uit zichzelf. Of zorgt de aanwezigheid van een dergelijk lichaamsvreemd organisme op een overreactie van de eigen afweer. Reageert het lichaam dusdanig dat het zichzelf aanvalt en cellen doet afbreken hetgeen ontstekingsreacties geeft. Een zogenaamde auto-immuun reactie. Bij ons kwam de gedachte omhoog om en dergelijke overreactie met de medicijnen te bestrijden die hiervoor bij hond, kat en mens gebruikt worden, namelijk met Corticosteroïden. We hebben konijnen behandeld die niet voldoende opknapten met bovenstaande behandeling. Het ging vooral om konijnen met parese posterior (slappe achterhand) die al weken behandeld werden. Er werd geen vooruitgang meer geboekt of er was zelfs achteruitgang. Een behandeling met dexamethason om de dag een injectie werd ingezet, als het aansloeg dan werd er een om de dag injectie gegeven tot de verbetering blijvend was. Helaas was deze genezing niet altijd het resultaat!
Nawoord: uitgeleerd of klaar met E. cuniculi
We zijn nog lang niet klaar met deze gemene ziekte. Het is een tikkende tijdsbom die bij elk konijn kan afgaan. Het vreselijke gegeven is dat de ziekte op vele manieren en op onverwachte momenten naar boven kan komen. We zullen bezig blijven met elke mogelijkheid die op ons pad komt om uit te proberen of dit een verbetering van de behandeling kan geven. We kunnen stellen dat we, doordat we honderden konijnen behandeld hebben met deze ziekte, een vrij aardig beeld van E. cuniculi hebben gekregen. We stonden open voor diverse behandel methodes en dit bracht de behandeling een stuk verder. Dat dit werd opgemerkt merkten we aan de vele reacties die we hebben gekregen van konijneneigenaren of van andere dierenartsen doordat we deze ziekte opnieuw in de schijnwerpers hebben gezet. Zoals artikelen die we geschreven hebben en lezingen die we er over gegeven hebben (Voor dierenartsen: IP wintercongres 2009 en Voorjaarsdagen 2013). Ook hebben we een speciaal bloed en urine onderzoek door het EVL in Woerden opgezet zodat we inzicht kunnen krijgen of er E. cuniculi in het spel is.
Vragen of opmerkingen ....
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze ziekte dan horen we deze graag van u, u kunt ze per email aan ons sturen.
Lees verder over torticollis en andere kopzorgen ....
Lees verder over achterhandsproblemen ....
Lees verder over blaas- en nierproblemen ....
Lees verder over oogproblemen ....
_________________________________________________________________________________
NB: Er zijn bijna geen geregistreerde diergeneesmiddelen voor konijnen. De hierboven beschreven diergeneesmiddelen zijn geregistreerd voor het gebruik bij de hond of de kat.
Indien we als behandelend dierenarts denken dat er een diergeneeskundige noodzaak aanwezig is dan mogen we via de cascades behorend bij het Diergeneesmiddelenbesluit en de Diergeneesmiddelenregeling gebruik maken van de hierboven beschreven diergeneesmiddelen bij het konijn.
Lees verder over deze cascade volgens EU model ....