Bijtwonden

Allereerst: hoe klein ze ook zijn, neem bijtwonden altijd serieus!

Helaas komt het regelmatig voor dat mensen gebeten worden door een hond of een kat. Deze bijtwonden zijn meestal gelocaliseerd aan armen en benen. Ook bijtwonden aan hoofd en hals komen voor waarbij met name de uitstekende delen als neus, lippen en oren het meest getroffen worden.

Honden- en kattenbeten mogen niet onderschat worden. Hoewel de meeste bijtwonden in eerste instantie geen ernstig karakter lijken te hebben, vormen ze een goede voedingsbodem voor bacterien waardoor de kans op infectie tamelijk hoog is. Deze bacterien zijn afkomstig uit de bek van het dier of van de huid van de mens. Alhoewel een kattenbeet meestal een kleine verwonding achterlaat is de kans op infectie toch groter dan na een hondenbeet omdat de verwonding vaak veel dieper en steekvormig is.

De kans op een infectie wordt mede bepaald door de localisatie van de beet. Bijtwonden aan handen en vingers hebben een grotere kans om te ontsteken dan wonden op andere plaatsen. Een locale onsteking kan leiden tot abcessen, peesschedeonstekingen, gewrichts- of botontstekingen. Nog veel gevaarlijker is het wanneer de bacterien in de bloedstroom terecht komen. Zij kunnen dan tot schade aan organen leiden.

Nauwkeurig lichamelijk onderzoek en een juiste behandeling van de bijtwond zijn de beste garantie voor een ongestoorde wondgenezing. Juiste behandeling van de wondgenezing bestaat in ieder geval uit wondtoilet en eventueel antibioticum. In de literatuur wordt amoxicilline met clavulaanzuur (Augmentin) als een goede keus antibioticum genoemd. In het algemeen worden bijtwonden ouder dan 8 uur, alle bijtwonden aan de handen en alle kattenbeten met antibioticum behandeld! Het is belangrijk om zo snel mogelijk te beginnen met een antibioticum kuur.

Indien U gebeten bent, spoel de wond dan schoon en desinfecteer een oppervlakkige wond met jodium. Neem direct contact op met uw huisarts zodat deze de wond kan verzorgen en eventueel antibioticum kan voorschrijven.

Indien gevaar bestaat voor hondsdolheid, dient U onmiddelijk de huisarts te waarschuwen en moet gestart worden met een uitgebreid protocol aan injecties. Dit is alleen van toepassing indien het gaat om een beet van een dier in een land waar hondsdolheid voorkomt of indien het dier recentelijk in het buitenland is geweest.

Tot slot de tetanusbehandeling. Hoewel tetanus na een hondenbeet zelden ontstaat, kunnen met name de diepe prikwonden gevaar opleveren. Bij deze wonden wordt een tetanusprofylaxe zinvol geacht.

Bron: De behandeling van honden- en kattenbeten, Ned. Tijdschr. Geneeskund. 1990; 134, nr 20.